
Op de mat…
Er komen steeds meer leuke en informatieve items online over onze trouwe viervoeter aan boord. Ook Inge en ik maken ons er schuldig aan regelmatig iets te posten over onze levensgezel met de natte neus, die weer iets van dat boordleven vindt en wat een leuke foto waard is.
Ik heb mijn hele leven honden gehad en ze gingen altijd mee het water op. Het leverde zoveel leuke herinneringen en anekdotes op, dat ik er een boek over zou kunnen schrijven. Eén prachtig voorval uit het verleden wil ik even met jullie delen:
In de negentiger jaren voer ik met mijn gezinnetje (vrouw en vier opgroeiende kinderen en hond) nagenoeg ieder weekend het wad op, ging naar Schiermonnikoog, of bezocht één van de leuke stadjes die binnen een weekend bereikbaar waren. In de vakanties voeren we altijd langs de Waddeneilanden met onze 13 meter lange kotter Meander II. Onze Chokey (een jonge Tervuerense herder) bewaakte het schip en zorgde ervoor dat iedereen weer aan boord kwam, voordat de trossen weer los gingen. Ze telde iedereen… dan pas ging ze slapen.
We lagen tijdens een winderige warme zomer in de bomvolle haven van Vlieland. We kregen een prachtig plekje aan de langs steiger, die toen nog achter de ouwe schuit van Jan Soek aan stuurboord van de haven lag. Om te voorkomen dat de haveningang geblokkeerd werd, mocht er niemand langszij, dus hadden we het rijk alleen. Aan het eind van de dag kwam havenmeester Wortel langs op zijn brommertje en zei dat er aan het begin van de avond nog een schip binnenkomt en die mag bij hoge uitzondering voor de nacht bij ons langszij. “Morgen is de wind er uit Evert en dan ruimt het wel weer op…” lachte hij vriendelijk.
Later die avond komt er een Staverse Motorsailer binnen van ongeveer onze afmetingen. “Goedenavond schipper”, roept de man aan het roer vriendelijk. “Wij mogen van de havenmeester voor één nachtje bij jullie langszij. Is dat goed?”
Ik pak samen met mijn jongste zoon een lijntje aan en even later ligt het schip vast. Onze Chokey is onrustig en staat met de neus in de lucht in het gangboord naar onze kersverse buurman te snuffelen. “Ah… jullie hebben ook een hond aan boord!” lacht de schipper vriendelijk.
“Dan heb ik direct een vraagje. Wij hebben de hele dag gevaren en zijn buitenom vanuit IJmuiden gekomen, maar het was nogal ruig. Nou hebben we een ‘oude man’ aan boord die er nodig even uit moet, maar hij is niet meer zo goed ter been. Mag ik hem even over jullie voordek dragen om hem uit te laten?”
“Uiteraard kan dat hoor. Ik zal onze Chokey wel even vasthouden, want die is nogal enthousiast!” lach ik begripvol.
Even later komt mijn buurman met een stokoude kortharige Duitse staander in de armen de stuurhut uit. Het beestje is mager, helemaal grijs om zijn snuit en zijn koppie zit vol met wratjes. De ogen kijken nog helder en verwachtingsvol. Hij blijft kalm en laat zich graag van boord dragen, waarbij zijn baasje zegt; “Mijn vrouw loopt me wel even na met een emmertje en een dweil, want hij is de controle over zijn blaas soms ook wat kwijt. Het kan zijn dat hij even druppelt…”
Samen met de kinderen aanschouwen we de hele manoeuvre waarbij uiterst beheerst en kalm de ‘oude man’ via ons voordek richting steiger gedragen wordt. Daar wordt hij op zijn pootjes neergezet en zakt gelijk een stukje door zijn achterpootjes om vervolgens volledig leeg te lopen. Zijn baasje fluistert zachtjes lieve woordjes en zijn vrouw staat in de aanslag met een puts en een dweil om alles weer in het reine te brengen.
“Ach… hij is écht oud en zwak. Hoe oud is hij?” vraag ik belangstellend.
“Hij is bijna 17 jaar, maar heeft nog geen pijn en geniet van het aan boord zijn. Als we varen, ligt ie op de bank naar buiten te kijken en geniet van de bewegingen van het schip. Dat doet hij al jaren…!”
“Maar hoe gaat dat dan in zeegang? Rolt hij niet van de bank?” vraag ik, wetende dat Chokey altijd aan mijn voeten gaat liggen als het erg slingert en zich met zijn voorpootjes vastklampt aan mijn benen…
“Nee hoor, we hebben een kokosmat op de bank liggen en die houdt hem op zijn plaats. In zware zeegang schuift hij heen en weer in zijn ruime vel…!”lacht de schipper en zet samen met zijn trouwe vriend koers naar de wal voor de ‘grote boodschap’…
Evert